Skip to main content

PPL-VLIEGER.NL
LUCHTVAARTWETGEVING


DIT HOOFDSTUK IS NOG IN ONTWIKKELING.

HOOFDSTUK 4 - LUCHTVERKEERSREGELS

Als we kijken naar het luchtverkeer in de EU dan zien we dat deze beschreven zijn in de EU verordening 923/2012. Deze regels kun je ook in een handig formaat (PDF) lezen op de website van de EASA

Nederlanse luchtverkeersregels.
Zoals we echter in een vorig hoofdstuk hebben beschreven kan elk land aanvullende nationale regelgeving implementeren.  In Nederland zijn de Nederlandse luchtverkeersregels van toepassing boven het luchtruim.  In Nederland is dit FIR Amsterdam wat staat voor Flight Information Region.  Behalve de regels boven het Nederlandse luchtruim, moeten alle luchtvaartuigen, waar ook ter wereld, met een Nederlands registratiekenmerk volgens de Wet luchtvaart zich aan deze regelgeving houden tenzij deze in strijd is met de plaatselijke regels. Buiten de FIR Amsterdam moeten luchtvaartuigen zich dus houden aan de plaatselijk geldende regels.

Afwijken van de regels
Piloten zijn gehouden zich aan de geldende regels te houden.  De pilot in command heeft de leiding tijdens een vlucht en is dus eindverantwoordelijk voor het nakomen van de regels.  Hier mag echter vanaf worden geweken indiende veiligheid in het geding is.

Soorten vliegvoorschriften
Elke vlucht die wordt uitgevoerd zal in overeenstemming met één van de volgende voorschriften worden uitgevoerd

  • De Visual Flight Rules (VFR)
  • De Instrument Flight Rules (IFR)

Voor je PPL vlieg je op basis van de Visual Flight Rules.  Tijdens je PPL opleiding maak je overigens ook kennis met het vliegen op instrumenten maar dit is meer om je het gevoel te geven hoe je op je instrumenten moet vertrouwen als je onverhoop in slecht zicht omstandigheden terecht zou komen.

Visual Flight Rules (zicht voorschriften)
Bij het uitvoeren van een vlucht op basis van VFR spreekt het voor zich dat het zicht op de grond en de afstand tot wolken kleiner zijn dan de wettelijke bepalingen.  Wanneer je in dergelijke omstandigheden vliegt dan is sprake van Visual Meteorological Conditions (VMC) - in het Nederlands, zichtweersomstandigheden. 

Algemene vliegvoorschriften
De algemene vliegvoorschriften zijn van toepassing op alle vluchten in de lucht, het vliegveld en op de platforms.  Hieronder een aantal vliegvoorschriften die je moet weten voor het uitvoeren van een vlucht.

Oefenen van blindvliegomstandigheden.
Het lijkt handig om als student of gebreveteerde piloot tijdens een solo vlucht te oefenen in het vliegen op je instrumenten.  Dit is echter niet toegestaan tenzij

  • Er een bevoegd vlieger (safety pilot / instructeur) aanwezig is die, als dat nodig zou zijn, direct kan ingrijpen.  Het spreekt voor zich deze safety pilot voldoende uitzicht naar buiten moet hebben.
  • Het vliegtuig is voorzien van een dubbele besturing.

Vermijden van botsingen
Het spreekt voor zich dat vliegtuigen elkaar voldoende afstand van elkaar moeten houden teneinde botsingen in de lucht of op de grond te voorkomen.  Het uitvoeren van formatievluchten mogen hiervan afwijken op voorwaarde dat dit is overeengekomen tussen de gezagvoerders van de betreffende vliegtuigen.  Daarnaast moet ook de verkeersleiding toestemming geven indien de vlucht wordt uitgevoerd in een gecontroleerd luchtruim.

Voorrangsregels
Als je met de auto op weg gaat dan spreekt het voor zich dat je rekening moet houden met voorrangsregels.  Ook in de lucht zijn er regels die gevolgd moeten worden.  Hiervoor zijn voor drie situaties voorrangsregels opgesteld

  • Elke op dezelfde hoogte maar in tegengestelde koers naderen.
    Indien vliegtuigen elke in tegengestelde koers en op dezelfde hoogte naderen dan moeten ze beiden naar rechts uitwijken.
    voorrang tegemoetkomend
  • Kruisend vliegverkeer
    Als twee vliegtuigen op dezelfde hoogte gaan kruisen dan heeft het vliegtuig dat van rechts komt altijd voorrang.  Indien zich eenzelfde situatie voordoet als een vliegtuig zich in een circuit bevindt en een vliegtuig dat buiten het circuit vliegt het circuit binnen dan heeft het vliegtuig dat zich reeds in het circuit bevindt altijd voorrang.

    In onderstaande afbeelding moet het onderste vliegtuig achterlangs passeren.  Boven- of onderlangs passeren is evenals voorlangs passeren niet toegestaan tenzij men op ruime afstand kan passeren en voor het andere kruisende verkeer geen zog turbulentie merkbaar is. 

    voorrang kruisend verkeer
    Het spreekt overigens voor zich dat de voorrangsregels alleen van toepassing zijn bij gelijkwaardige luchtvaartuigen.  Een ballon heeft bijvoorbeeld altijd voorrang op vliegtuigen. In de luchtvaart geldt hiervoor de volgende volgorde
    ballonnen --> zweeftoestellen --> luchtvaartuigen met een sleep --> vliegtuigen.

  • Inhalen op dezelfde hoogte en koers
    Een vliegtuig dat wordt ingehaald heeft voorrang en het inhalende vliegtuig, of het nu stijgt, daalt of op gelijke hoogte vliegt, moet uit de weg blijven door naar rechts te draaien (zie onderstaande afbeelding). Een inhaalsituatie kan worden beschouwd als een situatie waarin het inhalende vliegtuig zich binnen een hoek van 70° ten opzichte van het midden van het ingehaalde vliegtuig bevindt. Een zweefvliegtuig dat een ander zweefvliegtuig inhaalt, mag echter zowel naar rechts als naar links draaien.

    voorrang inhalen

Voorrangsregels op de grond

  1. Voetgangers en voertuigen moeten altijd voorrang verlenen aan luchtvaartuigen.
  2. Indien een hulpverleningsvoertuig (bijvoorbeeld brandweerwagen) op weg is naar een vliegtuig in nood dan heeft deze altijd voorrang op al het andere verkeer dat zich op de grond bevindt.
  3. Startende en landende luchtvaartuigen hebben altijd voorrang boven taxiënde vliegtuigen.
  4. Ongeacht eventuele ATC-toestemming is het de plicht van de gezagvoerder om al het mogelijke te doen om een botsing op de grond met andere vliegtuigen, voertuigen of met enig obstakel te vermijden (in het geval dat een vliegtuig wordt gesleept en de gezagvoerder van het vliegtuig niet aan boord is, dan ligt die verantwoordelijkheid bij de persoon die verantwoordelijk is voor het voertuig dat het vliegtuig sleept).
  5. Vliegtuigen op de grond moeten voorrang verlenen aan diegene die opstijgen of landen en aan elk voertuig dat een vliegtuig sleept.
  6. Wanneer twee vliegtuigen elkaar recht van voren (of bijna van voren) benaderen, moet elk vliegtuig naar rechts draaien.
  7. Wanneer twee vliegtuigen elkaar kruisen, moet het vliegtuig dat het andere aan zijn rechterkant heeft, voorrang verlenen en vermijden om voor het andere over te steken, tenzij ze ruim voldoende uit elkaar passeren.
  8. Een vliegtuig dat wordt ingehaald door een ander vliegtuig heeft voorrang, en het inhalende vliegtuig moet uit de weg blijven totdat het voorbij is en ruim voldoende uit de buurt is.
Het circuit
Het aanvliegen van ongecontroleerde vliegvelden is standaard een lefthand circuit waarbij in Nederland het circuit in het midden van de downwind leg wordt binnengevlogen. Let op : er zijn geen internationale afspraken hoe een circuit van een ongecontroleerd veld binnengevlogen moet worden. Elk land kan dit dus zelf bepalen en het is dus belangrijk dat je voor een vlucht naar een ongecontroleerd veld in het buitenland goed kijkt naar de procedures die daar gelden.  Raadpleeg hiervoor altijd het AIP van het betreffende land en vliegveld.  Een aantal Europese AIP's kun je vinden op de "links" pagina van deze website.  Indien je een circuit naderd dan dien je al het verkeer dat zich in het circuit bevindt voorrang te geven.
 
Het circuit gebied voor ongecontroleerde velden strekt zich uit vanaf de grond tot een hoogte van 1000ft.  Een standaard vliegcircuit wordt in Nederland meestal gevlogen op een hoogte van 700ft above aerodrome level (AAL).  Kijk vooraf dus goed op welke hoogte het veld ligt.  ligt het veld op 200ft boven zeeniveau tel daar dan de 700ft van de standaard circuithoogte bij op.  Het vliegcircuit is in dat geval dan 900ft.

De term lefthand circuit betekent dat zodra je op downwind vliegt het vliegveld aan de linkerkant (lefthand) kunt zien liggen.  Al je het circuit binnenkomt maak je dus een rechterbocht.
standard cricuit
 
De meeste velden in Nederland hebben naast een lefthand circuit ook een righthand circuit.  De aanvliegroute naar het veld is in dat geval hetzelfde maar in plaats van een rechterbocht maak je een linkerbocht om het circuit binnen te vliegen.
 
righthand circuit
 
Tenslotte hebben een aantal velden uitsluitend een lefthand circuit.  Dit betekent dat je een andere aanvliegroute hebt als de wind de andere kant op waait. Het circuit is in dat geval feitelijk gespiegeld.  Houdt hier rekening mee als je naar een dergelijk veld vliegt en neem tijdig contact op met de toren om te vragen welke baan (en dus aanvliegroute) actief is.  In je vluchtvoorbereiding kun je het betreffende veld bellen en vaak is de richting van de wind natuurlijk ook al een goede indicatie welke baan actief is. Kom je echter op een veld waar geen communicatie mogelijk is dan bestaat altijd nog de mogelijkheid om over het seinenvierkant (signal area) te vliegen.  Verderop in dit hoofdstuk gaan we daar verder op in.
 
lefthand gespiegeld
 

Weggooien van voorwerpen
Het spreekt voor zich dat het niet is toegestaan voorwerpen of stoffen af te werpen tijdens de vlucht.  Een uitzondering geldt voor zand dat als ballast wordt meegenomen in hete luchtbalonnen en water dat als ballast wordt meegenomen in zweefvliegtuigen.

 

De VMC minima zijn onderverdeeld in 7 klassen die zijn aangeduid van A t/m G.  Per luchtruim klasse is bepaald wat de VMC minima zijn én welke vormen van dienstverlening er zijn.  Hoewel we in hoofdstuk 5 (luchtverkeersleiding) nader in gaan op de verschillende vorm van dienstverlening, zijn ze hieronder per luchtruimklasse al aangegeven.

LET OP :  Het Nederlandse luchtruim kent luchtruim klasse F niet

luchtruim klasse A

IFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : Not applicable
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required


VFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft

VMC minima *1
*1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

VFR A



Snelheidsbeperking : Not Applicable
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required

 

 

luchtruim klasse B

IFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : Not applicable
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required


VFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : Not applicable
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required

 

 

luchtruim klasse C

IFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : Not applicable
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required


VFR

Diensten : Air traffic control service
Separatie : All aircraft

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : 250 KIAS onder FL100  (voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4)
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required

 

 

luchtruim klasse D

IFR

Diensten : AIR traffic control service
VFR traffic information
Traffic avoidance advice O/R
Separatie : IFR van IFR
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : 250 KIAS *1 below FL100
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required

*1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

VFR

Diensten : AIR traffic control service *1
VFR traffic information
Traffic avoidance advice O/R
Separatie : Not provided

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : 250 KIAS *1 below FL100 
Radio uitrusting : Not required *1
Twee weg communicatie : Not required *1
Vluchtplan : Not required
ATC klaring : Not required

 *1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

 

luchtruim klasse E

IFR

Diensten : AIR traffic control service
VFR traffic information
Traffic avoidance advice O/R
Separatie : IFR van IFR
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : 250 KIAS *1 below FL100
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Required

*1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

VFR

Diensten : Traffic information (as far as practical)
Separatie : Not provided

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : 250 KIAS *1 below FL100 
Radio uitrusting : Not required *1
Twee weg communicatie : Not required *1
Vluchtplan : Not required
ATC klaring : Not required

 *1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

 

luchtruim klasse F

IFR

Diensten : AIR traffic control service
VFR traffic information
Traffic avoidance advice O/R
Separatie : IFR van IFR (as far as practical)
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : 250 KIAS *1 below FL100
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Not required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Not required

*1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

VFR

Diensten : Flight information service if requested
Separatie : Not provided

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : 250 KIAS *1 below FL100 
Radio uitrusting : Not required *1
Twee weg communicatie : Not required *1
Vluchtplan : Not required
ATC klaring : Not required

 *1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

 

luchtruim klasse G

IFR

Diensten : Flight information service if required
Separatie : Not provided
VMC minima : Not applicable
Snelheidsbeperkingen : 250 KIAS *1 below FL100
Radio uitrusting : Required
Twee weg communicatie : Not required
Vluchtplan : Required
ATC klaring : Not required

*1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

VFR

Diensten : Flight information service if requested
Separatie : Not provided

VMC minima

VFR A



Snelheidsbeperking : 250 KIAS *1 below FL100 
Radio uitrusting : Not required *1
Twee weg communicatie : Not required *1
Vluchtplan : Not required
ATC klaring : Not required

 *1 voor opmerkingen zie AIP ENR 1.2 en ENR 1.4

 

Het is de lidstaten toegestaan het vereiste vliegzicht te verlagen voor vluchten die op of beneden de 3000ft (Luchtruim klasse F en G) en tijdens daglichtperiode worden uitgevoerd.  Nederland en Belgie maken beide gebruik van deze mogelijkheid. 

Het vereiste vliegzicht mag onder de volgende voorwaarden worden verlaagd naar minimaal 1500 meter

  • De maximale snelheid bedraagt 140kt waarbij het mogelijk is ander verkeer of obstakels op te merken en te ontwijken.
  • Het is toegestaan in omstandigheden waarop er normaal gesproken niet veel verkeer te verwachten is.

Voor helikopters mag het minimale zicht verlaagd worden naar minimaal 800 meter. Dit echter onder voorwaarden dat een snelheid wordt aangehouden waarbij het mogelijk is obstakels of ander verkeer te vermijden.

Vluchten binnen de CTR (Control Traffic Region)
Vluchten die binnen het plaatselijke verkeersleidingsgebied plaatsvinden moeten aan een aantal aanvullende regels voldoen.